Sinds de decentralisatie van de jeugdzorg zijn gemeenten verantwoordelijk voor de inkoop van zorg voor de jeugd. Dit leidt niet overal tot kostendekkende tarieven waardoor er op onderdelen flink onder de kostprijs specialistische jeugd-ggz wordt geboden. Dit is geen houdbare situatie. GGZ Nederland heeft een onafhankelijk onderzoek laten uitvoeren naar reële kostprijzen zodat het gesprek tussen gemeenten en aanbieders kan gaan over kwalitatief goede en passende zorg voor de jeugd.
Kostprijsonderzoek
Het onafhankelijke onderzoek is uitgevoerd door Berenschot. Berenschot heeft benchmarkonderzoek gedaan bij 21 jeugdhulpaanbieders, waaronder 16 aanbieders van jeugd-ggz. De volgende vragen stonden centraal:- wat is de kostprijs van de aanbieder, uit welke kostprijselementen is deze opgebouwd
- hoe verhoudt deze zich tot die van vergelijkbare organisaties binnen het jeugddomein?
Uit het onderzoek blijkt dat de deelnemende aanbieders over het jaar 2017 gemiddeld een resultaat van -3% hebben gerealiseerd. In een aantal gevallen zijn er tekorten tot 18%. De huidige financiering van jeugd-ggz leidt tot tekorten, deze zijn niet zonder risico en op termijn onhoudbaar.
Berenschot heeft de resultaten verwerkt in een handreiking. Met deze handreiking bieden zij gemeenten en aanbieders van jeugd-ggz handvatten om het gesprek te voeren over reële kostprijzen en tarieven, gebaseerd op gevalideerde benchmarkcijfers.