Jaarlijks maken de zorgaanbieders en de financiers van de ggz en forensische zorg afspraken over de vergoeding voor geleverde zorg. Deze gesprekken zijn vaak lastig, omdat de daadwerkelijke zorgkosten moeilijk te voorspellen zijn door de aanbieders en tegelijkertijd de financiers zo doelmatig mogelijk zorg willen inkopen.
In 2022 wordt het zorgprestatiemodel ingevoerd. Dit is een nieuwe vorm van bekostiging met eenvoudige regels en duidelijke nota’s. Met eerlijke vergoedingen voor gepaste zorg. En met niet meer administratie dan nodig is. De Nederlandse ggz en Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), de inkoper van forensische zorg, zijn al enige tijd met elkaar in gesprek over de manier waarop dit nieuwe model alle partijen kan helpen. Het uitgangspunt is dat het zorgprestatiemodel op macroniveau niet mag leiden tot hogere of lagere kosten van de forensische zorg. Om dit te bereiken is door DJI, de Nederlandse ggz en zorgaanbieders een regeling opgesteld. In deze regeling is dit als volgt uitgewerkt: op basis van de realisatie in het jaar 2021 wordt per aanbieder een norm bepaald. Dat is de gemiddelde opbrengst per cliënt in dat jaar.
Over 2022 wordt straks bepaald hoeveel de opbrengst per cliënt gemiddeld is geweest. Is dat binnen een marge van -/- 0,75% tot + 0,75% ten opzichte van de norm in 2021, dan is er niks aan de hand. De betaling per cliënt is nagenoeg gelijk gebleven met de nieuwe bekostiging. Maar als de omzet buiten die marges valt, wordt het verschil verrekend. Dus bij lagere opbrengst krijgt de aanbieder een extra vergoeding, bij hogere opbrengst stort de aanbieder het meerdere terug.
De Nederlandse ggz en DJI zijn erg tevreden over dit gezamenlijk resultaat. Dit biedt het komende jaar zekerheid voor zowel de aanbieders als voor DJI als financier. De Nederlandse ggz hoopt dat de andere financiers van de ggz een voorbeeld nemen aan de wijze waarop DJI een verantwoorde en veilige overgang naar het zorgprestatiemodel vormgeeft.
In 2022 wordt het zorgprestatiemodel ingevoerd. Dit is een nieuwe vorm van bekostiging met eenvoudige regels en duidelijke nota’s. Met eerlijke vergoedingen voor gepaste zorg. En met niet meer administratie dan nodig is. De Nederlandse ggz en Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), de inkoper van forensische zorg, zijn al enige tijd met elkaar in gesprek over de manier waarop dit nieuwe model alle partijen kan helpen. Het uitgangspunt is dat het zorgprestatiemodel op macroniveau niet mag leiden tot hogere of lagere kosten van de forensische zorg. Om dit te bereiken is door DJI, de Nederlandse ggz en zorgaanbieders een regeling opgesteld. In deze regeling is dit als volgt uitgewerkt: op basis van de realisatie in het jaar 2021 wordt per aanbieder een norm bepaald. Dat is de gemiddelde opbrengst per cliënt in dat jaar.
Over 2022 wordt straks bepaald hoeveel de opbrengst per cliënt gemiddeld is geweest. Is dat binnen een marge van -/- 0,75% tot + 0,75% ten opzichte van de norm in 2021, dan is er niks aan de hand. De betaling per cliënt is nagenoeg gelijk gebleven met de nieuwe bekostiging. Maar als de omzet buiten die marges valt, wordt het verschil verrekend. Dus bij lagere opbrengst krijgt de aanbieder een extra vergoeding, bij hogere opbrengst stort de aanbieder het meerdere terug.
De Nederlandse ggz en DJI zijn erg tevreden over dit gezamenlijk resultaat. Dit biedt het komende jaar zekerheid voor zowel de aanbieders als voor DJI als financier. De Nederlandse ggz hoopt dat de andere financiers van de ggz een voorbeeld nemen aan de wijze waarop DJI een verantwoorde en veilige overgang naar het zorgprestatiemodel vormgeeft.