Zoeken

Meer zicht op het aantal wachtenden, minder lange wachttijden en snellere verwijzing naar waar nog wel plek is voor behandeling in de ggz: voor dat doel hebben aanbieders van geestelijke gezondheidszorg en sociaal werk, gemeenten, huisartsen, patiëntenverenigingen en zorgverzekeraars hun krachten gebundeld. Samen met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gaan zij vanaf januari meer inzicht bieden in het aantal wachtenden voor een ggz-behandeling. Zij maken het daarmee mogelijk dat wachtenden sneller en beter kunnen worden begeleid naar een passende behandeling. Dit schrijven MIND, de Nederlandse ggz, MeerGGZ, Sociaal Werk Nederland en Zorgverzekeraars Nederland in een brief met actieplan voor 2021 aan Paul Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Lees hier de brief van Paul Blokhuis aan de Voorzitter van de Tweede Kamer. 
 
Tot voor kort waren alleen de wachttijden per diagnose bekend. In het nieuwe overzicht is voor alle betrokken partijen ook inzichtelijk hoeveel mensen wachten op een ggz-behandeling, hoeveel mensen een intake hebben gehad en hoeveel patiënten zijn begonnen aan een behandeling. Hierdoor ontstaat een beter beeld van de wachtlijsten; ook omdat mensen zich kunnen aanmelden bij meerdere aanbieders en dus op meerdere wachtlijsten kunnen staan. Het doel is om vanaf 2022 ook inzicht te bieden in de unieke aantallen wachtenden per vestiging van een instelling en in de voorkeursaanbieder van wachtenden.
 
Regionale aanpak
De meest recente rapportage van de wachttijden onderstreept de noodzaak tot actie. Met behulp van de nieuwe werkwijze krijgen wachtenden sneller de zorg die bij hen past. Partijen hebben daarvoor afgesproken dat in iedere regio de grootste aanbieder met de langste wachttijden de verantwoordelijkheid neemt voor het opzetten van een zogenoemd transfermechanisme. Dit is een overleg waarin verwijzers, aanbieders en financiers van ggz-behandelingen samen bespreken hoe zij wachtenden kunnen koppelen aan passende zorg, al dan niet digitaal. Eerst wordt gekeken of een cliënt kan worden gekoppeld aan een voor hem of haar geschikte aanbieder binnen de regio. Als dat niet lukt, wordt de patiënt desgewenst bemiddeld naar een aanbieder buiten de regio. Als er onvoldoende aanbod blijkt te zijn, kan nieuwe zorg worden ingekocht of nieuw aanbod worden gecreëerd. Onderdeel van de werkwijze is een ‘aanmeldpauze’ waarbij een aanbieder die structureel de norm voor wachttijden overschrijdt, geen nieuwe patiënten meer op de wachtlijst plaatst, maar hen begeleidt naar een aanbieder waar behandeling sneller mogelijk is. 
 
Preventie en tijdig signaleren
Psychiaters, psychologen en ggz-instellingen hebben ook afgesproken beter te gaan samenwerken met organisaties die hulp en steun bieden, zoals sociaal werk. Samen willen zij meer investeren in preventie en het tijdig signaleren van (levens)problemen om te voorkomen dat mensen vastlopen en een ggz-behandeling nodig hebben. Zo kan in de ggz meer ruimte ontstaan voor behandeling van complexe problemen, waarvoor de wachttijden nu nog vaak te lang zijn. Het is daarom een belangrijke stap dat nu ook brancheorganisatie Sociaal Werk Nederland is betrokken bij het terugdringen van wachtlijsten. Ook Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en Ineen (vereniging van zorgorganisaties in de eerste lijn) onderschrijven het Actieplan en dragen actief bij aan de uitvoering. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) volgt de uitvoering van het Actieplan 2021 actief en draagt daaraan waar van toepassing actief bij. Samen hopen de partijen meer perspectief te kunnen bieden aan mensen die wachten op hulp bij psychische problemen.
 
Wachtlijsten
Iemand komt op een wachtlijst wanneer hij of zij een verwijsbrief heeft gekregen van de huisarts en zich heeft aangemeld voor een behandeling bij een ggz-aanbieder. Als door crisisdienst wordt vastgesteld dat iemand acute zorg nodig heeft, krijgt iemand daartoe direct toegang. De informatie over de wachtlijsten is te vinden op www.wegvandewachtlijst.nl en www.kiezenindeggz.nl. De eerste rapportage met aantallen wachtenden worden in de loop van het eerste kwartaal verwacht.