Zoeken

De wens van het kabinet-Rutte IV om 0,5 miljard extra te besparen op de jeugdzorg lijkt door de Eerste Kamer te worden tegengehouden. Sinds de overgang van de jeugdzorg naar gemeenten via de Jeugdwet in 2015 hebben gemeenten fors minder budget gekregen. Na jarenlange strijd moest er een arbitragecommissie aan te pas komen en kregen gemeenten meer middelen. Maar wel met een stevige besparingsafspraak erbij. Tot schrik van gemeenten, cliëntenorganisaties, zorgverleners en zorgorganisaties stond in het coalitieakkoord, zonder onderbouwing, nog eens 0,5 miljard éxtra bezuiniging te lezen.

Gemeenten, jeugdhulpaanbieders, cliëntenorganisaties, jeugdprofessionals, vakbonden en tal van andere betrokkenen luidden de noodklok. De voltallige oppositie, van links tot rechts in de Tweede Kamer, stemde tegen deze bezuiniging, maar de coalitie hield de gelederen gesloten. Op 15 februari heeft de Eerste Kamer de plannen van het kabinet besproken. Er lijkt geen steun te bestaan voor de voorgenomen extra besparing op de jeugdzorg van het kabinet.

In een opiniestuk hebben de leden van Jeugdzorg Nederland, de Nederlandse ggz en de Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland, de senaat opgeroepen om te kiezen voor goede zorg aan de meest kwetsbare kinderen en gezinnen en te helpen deze niet onderbouwde bezuiniging tegen te houden. Dit lijkt effect gehad te hebben. Op 22 februari 2022 stemt de Eerste Kamer over de motie Rosenmöller (GL) die deze besparing afkeurt. De motie is al ondersteund door een meerderheid van de senaatszetels dus het ligt voor de hand dat deze wordt aangenomen. Het kabinet heeft de motie evenwel ontraden. We wachten dan ook met spanning op de uitkomst van de stemmingen volgende week en de vervolgstappen van het kabinet.